Je kan de biertapinstallatie met verschillende bierkoelers samenstellen:
Hogedrukmeter
De reduceer regelt de druk in de CO2-fles (koolzuurfles) van 60 Bar terug naar een werkdruk die varieert van ca. 1 tot 4 Bar. Deze drukmeter wordt meestal gebruikt bij biertapinstallaties waar de fusten niet voorgekoeld worden..
Tussenmeter
Een tussenmeter wordt altijd na de hoofdreduceer geplaatst. De hoofdreduceer brengt de druk van de CO2-fles terug naar ca.2 tot 4 bar. Daarna kunnen meerdere tussenmeters op de hoofdreduceer aangesloten worden. De tapdruk kan met iedere tussenmeter afzonderlijk ingesteld worden. Zo zijn meerdere fusten op één CO2-fles aan te sluiten.
Lagedrukmeter
De reduceer regelt de druk in de CO2-fles (koolzuurfles) van 60 Bar terug naar een werkdruk die varieert van ca. 0,1 tot 1,5 Bar. Deze drukmeter wordt meestal gebruikt bij biertapinstallaties waar de fusten voorgekoeld worden. .